Van 19 tot en met 22 september 2017 bezocht een delegatie schoolleiders uit het PO, VO en MBO met het NSO/CNA Estland. Docent Wilko Gruizinga, teamleider en docent geschiedenis aan CSG Jan Arentsz in Alkmaar, maakte een essay over zijn ervaringen. Europe Direct zal zijn verhaal in vier delen publiceren. Dit is deel 3, waarin Wilko dieper ingaat op de digitalisering van het onderwijs.
Digitalisering aan de basis van toekomstig succes?
Digitalisering staat mogelijk wel aan de basis van komende successen in het Ests onderwijssysteem, maar is zeker niet de oorzaak van de huidige hoge scores. Op de voorbeeldschool in het VO die wij hebben bezocht heb ik geen laptops gezien en waren het de enkele mobieltjes die leerlingen mochten gebruiken in de les – in combinatie met een enkele powerpoint – die het onderwijs digitaal maakte. Wel was er een apart lokaal met vaste computers waar leerlingen werkten om vanuit een digitale instructie een lego-constructie in elkaar te zetten. Het grotendeels ontbreken van ICT in het klaslokaal was enigszins teleurstellend gezien de hooggespannen verwachtingen. Het betekent echter niet dat het onderwijs in Estland op digitaal gebied geen interessante fase doormaakt.
ICT wordt vanuit de overheid van Estland al vanaf eind vorige eeuw als een belangrijk middel gezien om het onderwijs te verbeteren. Dit is ook niet gek in een land waar digitalisering een enorme loop heeft genomen. Dat digitalisering nog niet zo sterk voorkomt als je in eerste instantie zou verwachten, wil niet zeggen dat het land niet bezig is een inhaalslag te maken. Het onderwijs van Estland moest nu ook eenmaal van ver komen. Achter de stappen die de overheid de afgelopen jaren heeft gezet zit een duidelijke visie, die naar ik vermoed zeker haar vruchten af zal gaan werpen. Ook op het gebied digitalisering geldt de wet op de stimulerende achterstand. Doordat er geen digitale voorzieningen in het onderwijs waren na de onafhankelijkheid, kreeg de overheid de ruimte eerst een goed plan te ontwikkelen alvorens de eerste heipalen de grond in gingen. Estland heeft ondertussen de nodige kennis in huis gehaald. Samen met o.a. Michael Fullan is de overheid een visie op toekomstbestendig onderwijs gaan vormgeven, waar digitalisering een grote rol in speelt.
De staat als aanjager van digitale onderwijsontwikkeling
Voorheen lag de focus van het onderwijs in Estland op een grote mate van autonomie van scholen en werden de scholen bestuurd door lokale overheden. Tegenwoordig is de staat de aanjager geworden van de ontwikkeling van het onderwijs. Het is de staat die zorgt voor een uniforme digitale onderwijsstructuur en digitale tools die scholen helpen om zichzelf te evalueren en te verbeteren. Het is de staat die scholing stimuleert en gratis aanbiedt aan schoolleiders en docenten om hen te ondersteunen in de vormgeving van digitalisering in het onderwijs. De staat stelt alles in het werk om de digitale kloof tussen de docent (digital immigrant) met de leerling (digital native) te verkleinen. In Estland is de staat de motor achter het toekomstig succes van digitalisering in het onderwijs. Het is de uniformiteit waarbij alle scholen in het land gebruik kunnen maken van dezelfde voorzieningen, tools, sites die het gebruik zullen versoepelen.
Digitalisering niet de enige focus
Hoewel digitalisering een prominente plaats inneemt in het Ests onderwijs, is dit niet de enige focus. Enige jaren geleden bleek uit een PISA-onderzoek naar het welbevinden van leerlingen op school dat Estse kinderen – net als kinderen in Finland – relatief ongelukkig waren op school. In ditzelfde onderzoek is ook gekeken naar het percentage 15-jarigen dat school erg leuk vindt (onderverdeeld in meisjes en jongens) en hierin scoort Estland nog slechter dan Finland. Slechts 10 procent van de meisjes en 4 procent van de jongens vindt onderwijs erg leuk. In Nederland vindt ter vergelijking 28 procent van de meisjes en 19 procent van de jongens van 15 jaar het onderwijs erg leuk (PISA, 2012). Ook ligt volgens een rapport van de World Health Organization de druk om te presteren een stuk hoger in Estland dan in Nederland. Zo vindt in Estland onder 15 jarige meisjes 47 procent zich onder druk staan om goed te presteren op school en 38 procent van de jongens (wat ongeveer overeenkomt met het Europese gemiddelde). In Nederland daarentegen ligt deze druk beduidend lager. 31 procent van de 15 jarige meisjes en slechts 17 procent van de jongens voelt vergelijkbare druk (HBSC, 2012).
Waar in Estse scholen voorheen de nadruk leek te liggen op kwalificatie, lijkt het eisenpakket aan scholen te groeien. Dat dit in de toekomst mogelijk ten koste zal gaan van de hoge PISA-scores betekent echter niet dat het Ests onderwijs in kwaliteit achteruit zal gaan. Integendeel. PISA heeft de afgelopen jaren veel kritiek gekregen en de tests hebben een beperkte focus (Robinson & Aronica, 2015). Net als Nederland lijkt het onderwijs in Estland zich bewust van het feit dat onderwijs meer moet bieden dan een goede voorbereiding op het examen. Een positief zelfbeeld, een gezonde levensstijl en goed burgerschap lijken ook in Estland meer ruimte te krijgen – en gelukkig maar. Hopelijk weet de Estse overheid haar vizier scherp te houden en niet over te gaan op paniekvoetbal mochten de PISA-cijfers gaan dalen.
Lees ook:
- Deel 1 Estland: onderwijsland van de toekomst? – 1
- Deel 2 Estland: onderwijsland van de toekomst? – 2
Bronnen:
● Eidhof, B., Houtte, M. v. & Vermeulen, M. (2016) Sociologen over onderwijs. Antwerpen: Garant Uitgevers.
● Health behaviour in school-aged children (HBSC) study (2012): international report from the 2009/2010 survey: Social determinants of health and well-being among young people.
● PISA 2012 Results in Focus (2012): What 15-year-olds know and what they can do with what they know.
● Robinson, K. & Aronica, L. (2015) Creative schools: revolutionizing education from the ground up. UK: St. Ives plc: Allen Lane.
● Visser, J. (2015) Wat de Esten en de Finnen ons kunnen leren over leren. De Correspondent.
● Visser, J. (2013) Finland is niet het beste jongetje van de klas. De Correspondent.
● VPRO-tegenlicht (2015) E-stonia: een land als een start-up.